zondag 23 oktober 2011

In en om Pokhara

Gisterenmiddag zijn we na een lange busreis aangekomen in de tweede stad van Nepal, Pokhara. Het is een plek waarover alle reisgidsen roepen dat het zo'n relaxte uitstraling heeft. Ik ben het daar niet mee eens; word zelf een beetje depri van de dolgedraaide toeristenindustrie hier. We zijn vanochtend om half vijf opgestaan om de zonsopgang te gaan bewonderen bij Sarangkot. Deze is legendarisch, omdat vlak achter Pokhara de achtduizend meter hoge pieken van het Annapurna-massief liggen, met Machapuchare ofwel Fishtail als belangrijkste blikvanger. Toegegeven, het is een mooie berg. Maar als je taxibusje dan in alle vroegte aankomt bij de parkeerplaats voor het uitzichtpunt, staan daar een kaartjesverkoper en honderd andere taxibusjes vol met net zo vroege vogels, die allemaal hetzelfde willen als jij. Je wordt en masse door een steeg vol souvenirwinkeltjes geleid en staat vervolgens met z'n allen drie kwartier klappertandend de zon achter de horizon vandaan te wensen, camera's in de aanslag. En als het grote moment dan aanbreekt roept iedereen oh en ah alsof ze nog nooit eerder het ochtendgloren hebben meegemaakt.
Het is wel mooi hoor, dat donkere silhouet boven een landschap dat langzaam steeds meer detail prijsgeeft. Maar romantiek en privacy zijn ver te zoeken. En door alle opgestoken armen met camera's mis je bijna het hele schouwspel. De helft van de toeschouwers maakt het gebeuren sowieso hoogstens indirect mee, turend op hun display. Hoe deden we dat toch voordat we camera's kregen? Wat moet het toen magisch geweest zijn, die zonsopgang boven Sarangkot. Gewoon zitten en kijken, verder niks. Schitterend, denk ik.


Na deze happening - het was nog steeds erg vroeg - hebben we een wandeling gemaakt in de omgeving. Een landschap van mistige heuvels en rijstvelden, met hier en daar kleine, eenvoudige boerderijtjes. We ontmoetten veel kindjes in uniform, op weg naar school, en ook kinderen die niet naar school gaan, maar op het land werken of uit bedelen worden gestuurd. Er komen hier erg veel toeristen, en dat is aan deze kinderen goed te merken. 'Give me chocolate,' luidt de openingszin steevast. En daarna: 'Give me money.' Of ze smeken je een foto van ze te maken, natuurlijk in ruil voor geld. 'Where you from?' 'What your name?' 'You take picture please?' Zelfs een paar volwassen vrouwen deden dat. En ze namen gretig de lege plastic waterfles aan die we als afval meedroegen. Een paar kleine jongetjes kwamen met: 'You like marihuana?' maar ik denk (en hoop) dat dat meer bluf was dan verkooptechniek.
Terug in Pokhara probeerde ik in een van de vele toeristenwinkeltjes een dunne katoenen broek te vinden; het is hier erg warm. Tevergeefs, want overal hangt dezelfde hippietroep waar buitenlanders die al veel te lang van huis zijn in lopen, liefst in combinatie met een bos rastahaar en een neusbel. In zo'n outfit zul je geen enkele Nepalees zien maar het hoort wel helemaal bij de cultuur van verwilderde globetrotters die hier een tijdje blijven plakken en in Pokhara hun hart kunnen ophalen in het New Amsterdam Cafe, Pokhara Pizza House, Big Bites Fast Food of Mike's Restaurant terwijl ze stoere verhalen uitwisselen met andere wereldburgers. Ik word er persoonlijk een beetje moe van. Het heeft niet veel met Nepal te maken. Of misschien ook wel, want dit land moet het nu eenmaal het voor een groot deel van toeristen hebben. En die zijn stuk voor stuk steenrijk, dus waarom zou je niet je prachtige, unieke zonsopgang duur aan ze verkopen?

Foto's van de toch wel mooie zonsopgang volgen als we weer in Kathmandu zijn; ik heb het snoertje van mijn camera daar laten liggen.

Naschrift:
Terwijl Inge en ik een kopje koffie zaten te drinken op een terras, kwam een stoet demonstranten voorbij in de belangrijkste toeristenstraat van Pokhara. Allemaal vrouwen in traditionele kleding. Ze droegen een spandoek dat ik niet kon ontcijferen, maar volgens Sunita ging het om een protest tegen westerse liederlijkheid. Vooral Israelische toeristes schijnen er erg bloot bij te lopen en hoewel het tonen van je buik hier doodnormaal is, of het geven van borstvoeding midden op straat, zijn blote schouders en korte rokjes uit den boze.


Zelf heb ik een heel keurig traditioneel Nepalees kledingstuk gekocht, decent met lange mouwen en slechts een klein splitje bij de hals. Kijk maar. En nu maar hopen dat ik erin blijf passen, want ik eet drie warme maaltijden per dag.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten