donderdag 24 november 2011

De prikstokken van ome Harrie

De laatste tijd denk ik regelmatig aan ome Harrie, en niet alleen omdat hij me een groot bedrag gegeven heeft om aan goede doelen te besteden hier in Nepal. Ome Harrie had een mooie grote camping in Bergeijk, en een geweldige manier om die camping schoon te houden: de prikstok. Als je je verveelde kon je zo'n ding komen halen bij de kantine, een lange ijzeren pin met een houten handvat eraan. Het idee was dat je daarmee over de camping liep en ieder snippertje papier of plastic dat je zag rondslingeren eraan prikte, net zolang tot ie helemaal vol zat. De beloning voor een volle prikstok: een raket. Dat was dan wel het goedkoopste waterijsje maar we hadden het werk er graag voor over. Het was mooi weer, je was lekker buiten; het was bijna een soort spelletje. En er was altijd wel een slimmerd die zijn stok gauw even vulde in een volle prullenbak.

Ik vraag me sinds ik hier ben regelmatig af of die prikstokken van ome Harrie in Barhabise ook niet zouden kunnen aanslaan. Geef ieder kind zo'n ding, beloof het een snoepje als beloning en heel misschien knapt de openbare ruimte daar dan wel een beetje van op. Heel eventjes dan toch, want wat moet je daarna moet die volle prikstok? Een deel van het afval wordt verbrand, er gaan bergen plastic op in vieze, zwarte, vervuilende rook. En verder is de rivier hier de vuilnisbelt; het water spoelt alles wel door naar het volgende dorp of, nog beter, naar India.


De onbeschrijfelijke rotzooi overal, alles wat kapot en vies is; ik merk dat ik het moeilijk vind om daar begrip voor op te brengen. Waarom brengt armoede zo'n volstrekt gebrek aan zorg voor je eigen leefomgeving met zich mee? Zij zien toch ook dat de grond bezaaid ligt met plastic en papier, dat de kinderen op hun witte linnen schoentjes langs een stinkend, modderig achterafsteegje naar school moeten? Waarom komt er niemand op het idee om dat eens lekker schoon te vegen?
Wat je ziet is juist het tegenovergestelde: mensen die hun afval zonder enige wroeging van de helling voor hun huis kieperen, of over de reling van de brug. Mensen die de verpakking van hun nieuwste aankoop trekken en die dan prompt uit hun handen laten vallen, gewoon op straat. Niemand kijkt ervan op of zegt er wat van. De leraar Engels smeet vandaag een stapeltje oud papier uit het raam van het lerarenhok. Toen hij zag dat ik keek, leek er heel even iets van schuldbewustzijn op zijn gezicht te lezen maar daarna ging hij gewoon door met opruimen.
Vanochtend bij Mero Niwas wees Kritan van negen naar de mestvaalt van de buffel en zei: 'Look miss, pollution'. Ik legde uit dat de damp die uit de zonbeschenen mest opsteeg geen vervuiling was maar gewoon water. Pollution is een woord dat bijna iedere Nepalees, hoe jong ook, wel kent. De vervuiling is dan ook een van de allergrootste problemen van het land. Maar wat volledig ontbreekt is het besef dat die pollution niet een soort onvermijdelijke natuurramp is, net zoiets als een aardbeving, maar iets wat ze met z'n allen zelf veroorzaken.
Ik maak me maar geen illusies; de prikstokken van ome Harrie zetten hier natuurlijk geen zoden aan de dijk. Maar het zou toch mooi zijn als zelfs maar een handjevol kinderen door zo'n prikstok het verschil zou leren waarderen tussen een smerige en een schone steeg.

Zelf ben ik inmiddels ook enigszins vervuild: hoofdluis. Joepie!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten