Vanochtend op school zat een stel kinderen in mijn klas opeens gebiologeerd uit het raam te kijken. Ik kreeg ze niet meer bij de les. Op het schoolplein was kennelijk iets gaande. Toen ik zelf ging kijken wat er zo interessant was, zag ik een tafereel dat eerst niet helemaal binnenkwam in mijn brein. Eerst hoorde ik het klappen van iets hards tegen iets zachts, telkens herhaald. Daarna zag ik een rij kinderen waarvan de voorste, wanneer er weer een klap klonk, raar ineen dook, een stuk naar voren schoot en dan hard wegrende. Pas op het allerlaatst zag ik een van de juffen, een wat oudere, ietwat gezet en met een brilletje op. Ze had een grote stok in haar handen, van wel een meter lang. Ze zwaaide hem in de lucht en sloeg hem dan keihard van achteren tegen de benen van de kinderen. Alsof ze honkbal aan het spelen was. Aan haar houding zag je dat ze de vaart erin had en misschien zelfs wel plezier. De kinderen die hun mep hadden ontvangen, renden met vertrokken gezichten terug hun lokaal in. Klas drie. Míjn klas drie, die ik had 'weggedaan', omdat ze zo moeilijk waren stil te krijgen. Omdat ze niks leken te snappen van wat ik zei. Die kinderen van een jaar of 8, 9, die ik desondanks in de dagen daarop een beetje gemist had. Hun rariteiten en hun hebbelijkheden waaraan ik, ondanks de problemen die ik met ze had, toch ook al een klein beetje gehecht was geraakt.
Ik wist dat ik niets kon doen om het beulswerk voor deze arme klas stop te zetten. Dit is hoe het hier gaat en wij kunnen hoogstens voorzichtig aangeven dat we het bij ons heel anders doen. Heb mijn zevendeklassers weer bij de les gehaald en een leuk spelletje met ze gedaan. Alles om ze het tafereel op het schoolplein te doen vergeten.
Weet niet wat ik gedaan zou hebben als er daarbuiten een kind uit Mero Niwas in de rij had gestaan. Misschien was ik dan wel naar die juffrouw toe gegaan en had ik haar ook een stevige klap verkocht, met haar eigen stok. Een reuzenzwaai. Tegen haar dikke billen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten